2020 Film Top 10

That time of year. Meer dan genoeg dat ik nog niet gezien heb, van Da 5 Bloods en Steve McQueens vijf (!) Small Axe films tot Collective, Sound of Metal, Kajillionare, Öndög, I’m Thinking of Ending Things, Just 6.5. Misschien had het deze hele lijst veranderd als ik ze wel zag, of een heel andere, totaal onverwachte titel.


Ik was niet van plan om de hoogste afvallers te noemen, maar waarom benoem ik dat ook. Hier komen ze alsnog…

Het door release data hell vrijwel ondergesneeuwde Promising Young Woman, Never Rarely Sometimes Always, Fire Will Come, Dick Johnson is Dead, Drama Girl, The Lighthouse, A Beautiful Day in the Neighborhood, The Last Black Man in San Francisco, The Souvenir, A Perfectly Normal Family en de prachtige Nederlandse korte films Marlon Brando en Watamula


M’n eigen regel is eigenlijk om alleen in Nederland uitgebrachte films te noemen. Nederlandse online uitbreng ook prima. Helemaal in dit jaar, waarin op filmgebied niet te leven was zonder online. Maar ondanks mijn eigen regel wil ik toch aftrappen met een nummer 11 die geen Nederlandse roulatie had en anders misschien wel een nummer 1 was, maar die wel op het filmfestival van Rotterdam (IFFR) was te zien. Binnen mijn eigen grenzen overigens ook van een thuisland, want Grieks:


11. Birds. Or How To Be One

The Greek weird wave, nu ook in documentairevorm, met mythologie en alles. Nog geen twee weken nadat mijn vader (classicus) overleed, zag ik deze Griekse film die deed beseffen wat ik hem niet meer kon navragen.

Los van dat besef roept Birds. Or How To Be One meerdere vragen op. Is het satire? Is het hommage? Is het fictie? Is het essayistisch? Ja op alles. Een film die zo oprecht is; letterlijk met zichzelf in gesprek durft te gaan en tussendoor waarheid vindt.

Ik snapte er niks van, ik snapte er alles van.

10. The Assistant

Ik wil toch even benoemen hoe fijn ik het vind dat mijn top 10 van dit jaar vijf door vrouwen geregisseerde films telt (ok, waaronder één door een man-vrouw-duo en één door twee broers, waardoor de ratio alsnog op meer mannen uitkomt). 

Niet voor niets dat ik dat uitgerekend bij deze film wil zeggen, aangezien deze zich in de filmwereld afspeelt. Maar deze film is niet van het glitter en glamour soort zoals normaal bij films over films. Deze film is een beklemmende ‘wat als je de enige vrouw op de werkvloer bent”-ervaring. De sleur van alledag die graag wat meer sleur had mogen zijn, want helaas is er genoeg spanning om mee te leven vanuit deze female invalshoek vanachter een bureau. 

The Assistant heeft bovendien samen met Never Rarely Sometimes Always een van de beste scènes van het jaar. In Never Rarely de ‘titelscène’ vol mededogen, hierin de tegenhanger waarbij je je plaatsvervangend onbegrepen voelt.


9. The Nest

Als enorme Martha Marcy May Marlene-fan, stapte ik hier wat angstig in, maar Sean Durkins nieuwe film is opnieuw indrukwekkend. Weliswaar op een heel andere manier. Mystiek, holistisch, leegte die gevuld moet. Als een Merchant Ivory productie in de booming jaren tachtig van de twintigste eeuw. Richard Yates’ Revolutionary Road in een Engels kasteel. Een vuistdikke reflectie op vastzitten in verkeerde levens, maar dan in nog geen twee uur. Met naast Jude Law een fenomenaal op springen staande (en alles van zich afdansende) Carrie Coon.

8. Kom hier dat ik u kus

Wat als je altijd maar bezig bent met anderen. Dan wordt je Mona. Een zichzelf wegcijferende grijze muis die op den duur niet meer weet wie ze zelf is. Met hun fictiedebuut, gebaseerd op het boek van Griet Op de Beeck, toont regisseursduo Sabine Lubbe Bakker en Niels van Koevorden de treurige schoonheid van een persoonlijkheidsstoornis. Lees hier mijn hele recensie.

7. Bait

Het kan er niet aan liggen dat Bait in zwart-wit is opgenomen en toch in de huidige tijd speelt. Dat gebeurt vaker. Er moet dus iets anders zijn waardoor deze film in het begin vervreemdend aanvoelt. Je snapt niet direct wat er is, je voelt het wel.

Wat het is? Doordat Bait echt op rollen film is opgenomen, ontbrak het geluid en is dat naderhand toegevoegd. De film op deze manier maken, bewijst zich al snel als een zeer terechte keuze, als een aanvulling op een vertelling over gentrificatie en de gevolgen die het heeft voor tradities en authenticiteit. Hoe juist de trek naar een charmant kustplaatsje met al zijn rust, het einde van alle rust betekent. En hoe dat alsmaar blijft wringen.

Overigens bijna niet in Nederland te zien ondanks een zeer beperkte release door onder meer Kino (Rotterdam). Door - de voordelen van de Corona-nadelen - in Nederland toch nog breder te zien. Via Vitamine Cineville, vanuit huis.

6. System Crasher

Als de sociaal-realistische probleemjongerenboeken van Yvonne Keuls die je als tiener las, nog verder zouden ontsporen, dan zou dat leiden tot System Crasher. Een titel die lijkt te hinten naar een fout van het systeem, alsof het om data gaat en niet om mensen, en dat is meteen ook het meest tragische aan deze film. De menselijke error als nummertje dat ver van een nummertje is.

5. Atlantis

Als Roy Andersson een futuristische oorlogsfilm in Oekraïne zou maken, zou ‘ie er zo uit komen te zien. Al doe je daar Valentyn Vasyanovych mee te kort. In losse scènes met soms wat samenhang toont hij de chaos van oorlog, maar ook de wrede en absurdistische schoonheid, de onverwachte humor en zelfs de nog minder verwachte warmte. 

Voor wie in het verlengde hiervan meer wil zien, kijk naar het eveneens Oekraïense Donbass van Sergey Loznitsa, vorig jaar uitgebracht (en toen mijn nummer 9 van het jaar).

4. Beanpole

Over overleven. Een vreselijke film op de mooiste manier mogelijk. Met een perfect production design dat je zonder enige ‘computerhulp’ meeneemt naar Leningrad, einde Tweede Wereldoorlog. Felle en vervagende kleuren op troosteloze muren waarbinnen de twee jonge vriendinnen Iya en Masja zich bewegen (nieuwkomers Viktoria Miroshnichenko en Vasilisa Perelygina).

Benieuwd naar alles dat volgt na deze tweede film van regisseur Kantemir Balagov.

3. Uncut Gems

Na Good Time striken de Safdie Brothers opnieuw met hun voor Netflix gemaakte Uncut Gems. Ik zag ‘m op groot scherm in de bioscoop, wat de ervaring alleen maar overweldigender maakte: een juwelier in een race tegen de klok, op ditto zenuwslopende wijze vastgelegd. Adam Sandler kan sinds Punch-Drunk Love en The Meyerowitz Stories weer eens laten zien dat hij meer kan dragen dan komedie (of lees: bewijst opnieuw dat hij met het dragen van komedie ook hiertoe in staat is). Met sterke bijrollen zoals van Idina Menzel (Frozen’s Adele Dazeem) als Sandlers echtgenoot met attitude.

2. Honeyland

De meest innemende hoofdpersoon van het jaar is geen personage maar bestaat echt: in bijenhoudster Hatidze uit de Noord-Macedonische documentaire Honeyland blijft ondanks haar doorleefde gezicht constant een jong kind zichtbaar.

Deze prachtig vastgelegde documentaire werd geheel terecht genomineerd voor maar liefst twee Oscars, waarvan één in de categorie Best International Feature Film waarvoor doorgaans alleen fictiefilms worden genomineerd. Hoera voor breakthroughs. Lees hier mijn interview met regisseur Tamara Kotevska.

1. Babyteeth

Toegegeven, toen ik Babyteeth voor het eerst zag voelde het niet meteen als het filmische hoogtepunt van m’n jaar. Ik zag ‘m november 2019 op het filmfestival van Thessaloniki en door de enorme buzz die het sinds de competitie van Venetië twee maanden daarvoor had, waren mn verwachtingen te hoog gespannen. Vervolgens interviewde ik regisseur Shannon Murphy op het IFFR begin dit jaar, januari, en kwam de film door alle lockdown-perikelen pas in augustus uit. En in al die tijd ‘it grew on me’, zoals dat in goed Engels heet.

Babyteeth is een film met een heerlijke levendige soundtrack, met spattende (pastel)kleuren, en met een puber romance die meteen de laatste romance zal zijn. Een smartlap die geen smartlap is maar de smartlap tegenkleurt. Levenslustig, komisch, ontroerend en extra veel liefde voor Toby Wallace als de ontspoorde Moses. Lees hier mijn interview met Shannon Murphy (meer volgt onder de trailer).


En nog een kleine take out uit het interview met Shannon Murphy, een die de publicatie niet haalde, dus wat is dan een take out? Anyway, ik had het met haar ook over de luxe van de film voor de tweede keer via screener zien en dan de soundtrack kunnen Shazam’en met m’n telefoon, maar dat m’n lievelingsliedje met een kinderkoor onherkenbaar bleef. Ze stuurde me de YouTube link na, extra love 💕Ook extra love voor in de positie zijn dit soort vragen te stellen. Komt de out take, voor wat extra achtergrond:


I really liked the song with the childrens choir.

Ok, let me tell you about that. I was listening to a kid’s radio station and the song is called Santianna. It was by Primrose Hill Primary School. You can google it and the YouTube comes up of the little children singing. The song used to make me cry, because the personalities of the little children and their sooo enthusiastic teacher shines through.

Before we even got the team together to make the project, I watched the video. I remember thinking, there is something about this video that has the heart and soul of Babyteeth, but I can’t put my finger on it.

Anyway, we were in the last couple of weeks of the edit, and we had a different song on there which we knew we would never be able to afford. We couldn’t work out what to put there, and I said to my editor: ‘just watch this video’, and he was like, let’s try it. We put it on, and it was ‘Oh My God that’s it’.

But then, we had to contact all those children that already had graduated, so we couldn’t get the rights to it. It was a special creation of an old song, just for their school. You can’t just take it, because you have to get everyone’s permission, right? So I was like, Oh My God. So I started stalking all the teachers. And I stalked all the musicians in it too, and I even got Rita Kalnejais (who wrote Babyteeth), because she lives near the school in London, to go down to the school and found out.

Anyway, they gave us the, what’s it called, the version, what’s it called, the arrangement. The original arrangement. But they said, you still can’t use the voices. Because… And I was like, ok. So then, we went to a small primary school in Australia, this was with like a week to finish, and the teacher, the music teacher, was an opera singer. And he was like, I’ll get my kids to do this. He was amazing. And they only had like two or three rehearsals and then they recorded it. And I was like, ughh, it was beautiful and my music mixers were all crying as they were recording, because it’s got so much enthusiasm.

And then they say it doesn’t work when you copy stuff…

It works, it really works. Because, it’s not about beautiful children’s voices, not about a perfect choir.

But that’s the best thing about it.

I know, and I’m quite proud that we got to do it with an Australian choir instead of an English choir.

Yeah, that’s the first thing I thought when you said you send Rita to this English school. It didn’t sound English, it sounded Australian.

Exactly. I think I love mess you know. I love stories that are messy and complicated and I love, yeah that’s why I love that song. I’m glad you noticed it.

I’m glad to hear the story about it.

I never told that story either, actually.