2018 Film Top 25

1 januari 2019. We made it through the wilderness, somehow we made it throuhough. Op naar een lichtzinnig jaar. Dit jaar.

Afgelopen dagen was ik bezig aan een persoonlijke film top 10 van 2018 en opeens werd het groter dan mezelf. Zou het symbolisch zijn voor een jaar waarin me van alles opviel?

Goed, ik maakte dus een top 25.

Om het toch een beetje overzichtelijk te houden (vooral voor mezelf) doe ik er negen op een gedeelde 17e plek. Here goes. In willekeurige volgorde dus, want gedeelde plek: Der Hauptmann, The Shape of Water, Hostiles, The Rider, Zama, The Florida Project, The Guilty, Leave No Trace, Gabriel e a Montanha en lijkt me leuk als double bill: The Ballad of Buster Scruggs en Marlina the Murderer.


En dan nu, de titels waar ik wat uitgebreider bij stilsta… Ik wou trouwens dat ik een lijn kon ontdekken in m’n lievelingen, maar ik zie het niet. Laat vooral weten als jij wel.

16. Love, Simon

Een film die even genoemd moet worden, dus dan maar op deze symbolische plek. Eerlijk gezegd had ik nummer 16 qua smaak nog eerder aan een andere film gegeven (als ik zeg welke is het einde zoek in m’n top zoveel), maar Love, Simon is voor de gay community, en vooruit voor de hele wereld, van cruciaal belang. Waarom vertel ik je hier.


15. Garden of Life

Deze Nederlandse documentaire is nauwelijks gezien, en dat is zonde. Marco Niemeijer filmde Leo, zijn aan Alzheimer lijdende schoonvader die zijn dagen met name slijt in de achtertuin en het tuinhuisje. Bomen snoeiend, bladeren aanvegend, hardop overdenkend en strak voor zich uitkijkend.

Toegegeven, er was ook iets dat me stoorde: de voice-over van Niemeijer zelf die ik af en toe wou schieten, maar ik wou het maar al te graag vergeven. Door de charmante onbeholpenheid die ik er ook in hoorde en waar ik een sukkel voor ben. Zo’n persoonlijk onderwerp op film vangen mag ook best spannend zijn en moet je dan in je dictie afstand nemen terwijl wat je vertelt heel nabij ligt? Vragen, vragen…

Voor mij was Garden of Life in ieder geval een typisch voorbeeld van kleinschaligheid dat weet door te schieten naar iets universeels. De wereld gevangen in een tuin en een tuin gevangen in de wereld. Net zo tragisch als troostend.

14. BlacKkKlansman

Spike Lee’s paard van Troje. Zijn aanklacht is vermomd als een vaardig gemaakte misdaadkomedie over een heikel onderwerp als rassenhaat. Pas in de laatste minuten laat hij expliciet zien dat zijn in de jaren zeventig gesitueerde film misschien wel historisch lijkt, maar dat er ondertussen een zeker iemand is die zijn land regeert en die de Ku Klux Klan niet afschrijft. Of niet durft af te schrijven, niet wil afschrijven. Wie zal het zeggen…

Dat maken van een politiek pamflet dat verraderlijk makkelijk wegkijkt, maakt Spike Lee dit jaar m’n nummertje 14.

13. First Reformed

Van sommige films snap je niet waarom distributeurs te weinig lef hebben ze uit te brengen. Is geen markt erin zien de enige leidraad? Valt er nog iets te zeggen voor visie mensen!

Gelukkig voor een handjevol titels is er een extra kans via Eye’s programma Previously Unreleased dat precies doet wat de titel van dit programma zegt. In Nederland niet geziene films alsnog een podium bieden door het op groot scherm te tonen. First Reformed was misschien wel de film die me dit jaar het meest verwarde.

2018 was ook het jaar waarin ik Paul Schrader ontdekte als regisseur. Ik wist wel dat ‘ie ook regisseerde, maar voor mij bleef hij die man die Taxi Driver had geschreven. Nadat ik op Mubi z’n regiedebuut Blue Collar (1978) zag, volgde pakweg een maand later deze. En ik ben nu al benieuwd wat ik allemaal nog in te halen heb.

12. A Quiet Place

In een jaar waarin ik meer horrorfilms zag dan gemiddeld, sprong deze er voor mij uit. Net zoals het gevaar niet tonen een horrorfilm vaak veel spannender maakt (en het gevaar wel tonen er een onderuit kan halen), bouwt deze film spanning op in wat je niet hoort. En in wat je juist wel hoort, maar niet zou moeten horen... De nadruk ligt hier namelijk op ‘maak geen geluid (want anders gaan eraan, komen ze ons halen)’. Dat de film vervolgens niet instort als het gevaar toch nog in beeld komt, bewijst nog maar eens hoe goed A Quiet Place is.

11. Roma

Alfanso Cuarón’s Roma is net zo episch als intiem. Aan alles voel je de groots opgezetheid: de cameravoering, de art-direction, de erin verwerkte gebeurtenissen uit de Mexicaanse geschiedenis. Wat betreft dat laatste, dat voelde ik zelf als iets te veel. Ik begon me af te vragen of Cuarón niet te veel verbintenis voelde bij zijn onderwerp (de nanny uit zijn jeugd) om de werkelijkheid geweld aan te doen. Bij de zoveelste grote gebeurtenis was het alsof hij van plan was álles hierin te verweven. Maar! Tegelijkertijd drukte dat met mijn neus op mijn eigen scepsis: was ik er zonder context ingestapt en had ik niet geweten dat dit autobiografisch was, dan vond ik het waarschijnlijk weer van lef getuigen dat Cuarón alles durft te behandelen.

Dat dus. Los daarvan spreekt het lef er sowieso al uit. Want welke (inmiddels) grote Hollywoodregisseur durft nog een ‘kleine’ - oke iets groter dan kleine - persoonlijke film te maken die hij zelf regisseerde, schreef, filmde, monteerde, produceerde? En dat allemaal van een kaliber waarbij hij zich kan meten met de beste in elk afzonderlijk vakgebied.

10. The Kindergarten Teacher

Anna is beautiful,
Beautiful enough for me.
The sun hits her yellow house,
It’s almost like a sign from God.

Deze vier regels vormen een gemijmerd gedicht van de vijfjarige Jimmy in The Kindergarten Teacher. En dat is al een van de sterke punten van deze film: het creëren van geloofwaardige gedichten die van een vijfjarige kunnen komen. Maar er is meer goed aan deze remake die totaal niet voelt als een remake (en ja dit is een sneer naar de meeste remakes). Zo is er ook de enorme subtiliteit van deze film over projectie, want waar klamp je je aan vast als je leven net wat anders loopt dan bedoeld, en hoe opzichtig is dat, ook voor jezelf? En daarnaast in het rijtje wat is er goed aan: Maggie Gyllenhaal, Maggie Gyllenhaal, Maggie Gyllenhaal.



9. Tangerine

Een film die ik al in 2015 zag, bereikte pas in 2018 het Nederlandse scherm. Welgeteld 1 scherm, ook al als onderdeel van Eye’s Previously Unreleased (zie ook m’n nummertje 13). Eindelijk dus kans om ‘m kwijt te kunnen in een lijstje. Hop, op nummer 9.

Bij Tangerine stapte ik destijds de zaal in met het idee naar een gimmick te gaan kijken: die film die gedraaid is op een iPhone. Met z’n schopperige muziek, felle kleurtjes en vrolijk prostituerende travestieten en transgenders (niet als probleem van de marge, maar feest van de marge) bracht het genoeg Almodóvars flashbacks. Wat mij betreft de ongepolijste meerdere van regisseur Sean Parker’s ook dit jaar uitgebrachte opvolger The Florida Project. Maar kijk ze toch vooral allebei.

8. Nico, 1988

Het mocht ook weleens een keer, een biografie die niet romantiseert. Én een biografie die terecht leunt op voorkennis (want waarom zou je iemands biografie kijken als je niet al geïnteresseerd bent?) en daarom bijna alles schrapt dat je al wist over wijlen het Duitse model, muzikante, actrice.

Hoogtijdagen met the Velvet Underground? Schrap. Flashbacks naar haar reis naar Amerika en haar modellenwerk? Niet nodig. Wat overblijft is de laatste tragische tijd van iemand die tijdens haar laatste tour alleen nog even op het podium vlamt en daarna uitdooft.

7. Lean On Pete

Een variatie op Godard’s ‘alles dat je nodig hebt voor een film is een meisje en een pistool’. In dit geval, alles dat je nodig hebt is een jongen en een paard. Ik moet daarbij wel eerlijk zijn want Lean On Pete had me niet over de gehele linie - na de helft tot tegen het weer prachtige einde verzandde het in white trash clichés - maar waar ‘ie me had was ik volledig in trance. Daarmee is het voor mij deze plek al waard. Amen.

6. Burning

Ooit raakte ik verliefd op Secret Sunshine. In 2018, ruim tien jaar later, had Chang-dong Lee me weer beet. Het mooiste van deze film is dat je niet precies weet waarom je zo geboeid blijft kijken. Een meisje dat pantomimet dat ze een sinaasappel eet, een jongen die op haar kat past die hij nooit ziet, de jonge rijke zakenman die zij aan de haak slaat en zijn biecht dat hij graag kassen in de fik steekt… Zo op papier klinkt het als een rariteitenkabinet maar in het Burning-universum krijgt het allemaal steeds meer noodzaak. Tweeëneenhalf uur intrige.

Let ook op de prachtige zonsondergangscène met jazz soundtrack.

5. God’s Own Country


Zo mooi, zo lief en zo veel meer dan een Engelse Brokeback Mountain. Ver van de stad, waar hij anoniem experimenteert met z’n geaardheid, leeft en werkt de Engelse Josh op de boerderij van zijn ouders. En wat gebeurt er dan als er net een hunky Roemeense seizoensarbeider op zijn ouders’ hulpvraag afkomt. Passie, mist en - zie ook andere nummers in m’n top 25 - één van de films in de fijne ontwikkeling dat homoseksualiteit niet alleen als probleem op het grote scherm voorbij hoeft te komen. En! Het valt me nu pas op, één van de drie debuutfilms in mijn top 5!

4. At Midnight Plays a Dance-Tune

De enige film in deze top 16 die korter is dan 60 minuten. Daarbij moet wel gezegd worden dat deze afstudeerfilm van de Nederlandse Film en Televisie Academie voor de makers niet ondergedaan moet hebben voor de lange producties in deze top 25-lijst. De eerste echte grote schreden in de wereld, hoe zet je die? Roy Seerden doet dat in dit verwerkingsdocument waarin hij verwerkt en niet verwerkt tegelijk, observeert en zelf deelneemt. Een film over de periode na het overlijden van zijn moeder, maar ook over de jeugdheld uit zijn straat die vroeger herhaaldelijk en heel hard een naargeestig liedje draaide dat door de buurt schalde.

Een heen en weer springende documentaire die het in limbo zijn vangt door rusteloos te durven zijn en dat tot onderwerp verheft. Over hoe de tijd vergaat en is het al zo laat?

Lees hier mijn openhartige interview met Roy Seerden.

En hier kan je de film in zijn geheel zien. Beschikbaar op de NPO site t/m 30 augustus 2033…

At-midnight.jpg

3. Grace Jones: Bloodlight & Bami

Ik was nooit een Grace Jones fan, en ik ga niet beweren dat ik dat nu opeens ben. Al kon ik door deze docu die vrouw die ik vroeger zo eng vond wel beter plaatsen, en zelfs bewonderen, net zoals ik documentairemaker Sophie Fiennes ging bewonderen voor haar portret van Jones.

Een goed portret hoeft niet goed uitgelicht te zijn om visie te tonen. Sterker nog, soms staat een te goede ‘belichting’ in de weg om iemand echt te kunnen zien. M’n volledige lofzang kan je hier lezen.

2. Touch Me Not

Ik was op het superfijne New Horizon’s Filmfestival in Wrocław, Polen. Er draaide van alles uit de officiële competitie van Cannes, films waar ik al tijden (lees: twee maanden) naar uitkeek. Maar wat me pas echt overrompelde was deze onverwachte Gouden Beer winnaar. Een film die niet voelde als een film, die ook niet voelde als een documentaire. Die confronteert met de drang in hokjes te willen duwen. Intieme bevindingen vanuit witte, laboratoriumachtige ruimten.

Lees hier mijn interview met Touch Me Not regisseur Andina Pintilie.

1. Call Me By Your Name

Ik wist het al, ik zei het al. 1 januari vorig jaar sloot ik m’n top 10 2017 af met een voorspelling voor 2018. Een kleine tien dagen ervoor had ik in een voorpremière namelijk Call Me By Your Name gezien. Grote kans dat dat mijn nummer 1 voor 2018 zou worden. En dat bleef ‘ie inderdaad.

Voor het eerst in tijden dat ik weer een bakvisje werd. Me aanmeldde voor de Facebook fanpagina van een film. Wegzwijmelde bij de koning aller twinks Timothée Chalamet (damn you Lily-Rose Depp!). Vaderlijk trots keek ik toe hoe de 89-jarige James Ivory in Chalamet-overhemd een Oscar in ontvangst nam voor zijn script.

Ik weet niet of iedereen die zich liet overrompelen door deze film zulke verschijnselen had, maar een jaar nadat ik ‘m zag in Cinecenter Amsterdam draaide hij daar nog steeds <3.

Met lichte paniek én ongeduld wacht ik nu al op deel 2. En als ze er al makend achterkomen dat het een schaduw werpt op deze film, laten ze ‘m dan alsjeblieft niet uitbrengen.

Omdat ik afgelopen jaar de trailer al deelde, bij dezen een lofzang op regisseur Luca Guadagnino die respectvol teruggreep op het oeuvre van scenarioschrijver James Ivory. En het wat mij betreft zelfs wist te perfectioneren. Kijk en bewonder:

 

En in het nieuwe jaar

Tijd voor wat Greek pride. Even een kleine blik vooruit, hooguit een paar dagen, want op 3 januari van dit nieuwe jaar komt The Favourite uit, een film van Yorgos Lanthimos van Dogtooth, The Lobster, Killing of a Sacred Deer etc. faam.

Ten tijde van The Lobster las ik al dat Lanthimos een kostuumdrama zou maken. Ik hield m’n hart vast. Was ‘ie gezwicht voor Hollywood? Werd dit het einde van z’n absurdisme en zou een braaf studio-bestaan volgen? Toen ik The Favourite zag werd niet alleen al mijn angst weggenomen, maar wees Lanthimos me ook op iets anders: welk decor past beter bij zijn stijl dan een paleis in de achttiende eeuw, ver van de werkelijkheid, waar excessen aan de orde van de dag zijn. Één groot schouwspel. Zet een pruik op en je bent al half way.

Ster van dit staaltje royalty theater is Olivia Colman als een geschifte maar ook gevoelige en kwetsbare Queen Anne. Ze zet alle kanten van zo’n complex persoon volkomen geloofwaardig neer, zonder dat de ene kant vloekt met de andere. Vorig jaar niet die gewenste Oscar voor Chalamet, maak het dan maar goed met één voor Colman <3.